PSALM 75
Psalm 75
Informatie en bladmuziek over Psalm 75
Koraalbewerkingen voor orgel 3 - Martin Mans
Mans, MartinKoraalbewerkingen voor orgel 3 van Martin MansInhoud: 1. Psalm 124:1 ''Dat Israel nu zegge, bli..
€ 10,00
Psalmen 051-075 - Gerrit Jan van de Werfhorst
Werfhorst, Gerrit Jan van dePsalmen 51- 75 van Gerrit Jan van de WerfhorstInhoud:Psalmen 51 – 75 ..
€ 16,95
Tot Uw dienst 3 - Roeland de Reuver
Reuver, Roeland deTot Uw dienst 3 van Roeland de ReuverEenvoudige bewerkingen over Psalmen en Gezangen voor piano Inh..
€ 14,95
Korte Koraalvoorspelen IV - Martien van der Zwan
Zwan, Martin van derKorte Koraalvoorspelen IV van Martien van der ZwanInhoud: Psalm 12, 13, 31 (71), 49, 51 (69), 74 ..
€ 10,95
150 psalmen deel 5 - Nico de Mes
Mes, Nico de150 psalmen deel 5 van Nico de MesInhoud:Psalmen 61-75 ..
€ 14,45
Contrapuntische Psalmkoralen 05 - Wim van der Steen
Steen, Wim van derContrapuntische Psalmkoralen 05 van Wim van der SteenInhoud:Psalmen 61 t/m 75..
€ 11,95
18 Psalmbewerkingen 6 - Leen Schippers
Schippers, Leen18 Psalmbewerkingen 6 van Leen SchippersInhoud:1. Psalm 302. Psalm 443. Psalm 1464. Psalm 575. Psalm..
€ 20,99
Koraalbewerkingen voor orgel 08 | Harm Hoeve
Hoeve, HarmKoraalbewerkingen voor orgel 8 van Harm HoeveKom, Heer Jezus, komI surrender all!Mijn Vader, dank U ..
€ 12,95
Psalm 71-80 - Jan Slagt
Slagt, JanPsalm 71-80 van Jan SlagtEenvoudige voorspelen, zettingen en bewerkingen van de 150 Psalmen voor org..
€ 21,99
Psalmen en Gezangen voor orgel 11 - Margaretha Christina de Jong
Jong, Margaretha Christina dePsalmen en Gezangen voor orgel 11 van Margaretha Christina de Jong Andächtige Musique Inhoud: Con..
€ 15,95
Psalm 75
1 Voor den opperzangmeester, Al-tascheth; een psalm, een lied, voor Asaf. Wij loven U, o God! wij loven, dat Uw Naam nabij is; men vertelt Uw wonderen.
2 Als ik het bestemde [ambt] zal ontvangen hebben, zo zal ik gans recht richten.
3 Het land en al zijn inwoners waren versmolten; [maar] ik heb zijn pilaren vastgemaakt. Sela.
4 Ik heb gezegd tot de onzinnigen: Weest niet onzinnig; en tot de goddelozen: Verhoogt den hoorn niet.
5 Verhoogt uw hoorn niet omhoog; spreekt [niet] met stijven hals.
6 Want het verhogen [komt] niet uit het oosten, noch uit het westen, noch uit de woestijn;
7 Maar God is Rechter; Hij vernedert dezen, en verhoogt genen.
8 Want in des HEEREN hand is een beker, en de wijn is beroerd, vol van mengeling, en Hij schenkt daaruit; doch alle goddelozen der aarde zullen zijn droesemen uitzuigende drinken.
9 En ik zal het in eeuwigheid verkondigen; ik zal den God Jakobs psalmzingen.
10 En ik zal alle hoornen der goddelozen afhouwen; de hoornen des rechtvaardigen zullen verhoogd worden.
Psalm 75
Vers 1
U alleen, U loven wij;
Ja wij loven U, o HEER;
Want Uw naam, zo rijk van eer,
Is tot onze vreugd nabij;
Dies vertelt men in ons land,
Al de wond'ren Uwer hand.
Vers 2
Als ik 't ambt ontvangen zal,
Wil ik, volgens eed en plicht,
Altoos recht doen in 't gericht.
Land en volk was in verval;
Maar zijn pijlers steld' ik vast,
Tegen woed' en overlast.
Vers 3
Tot het dom en dwaas geslacht
Zeid' ik: "Wees niet zinneloos";
Tot de snoden; "Weest niet boos,
Dat gij hoornen, sterk van kracht,
Woedende naar boven steekt,
En met stijven halze spreekt."
Vers 4
Geen geval, geen zorg, geen list,
Oost, noch west, noch zandwoestijn,
Doet ons meer of minder zijn:
God is rechter, die 't beslist;
Die, als aller Oppervoogd,
Deez' vernedert, dien verhoogt.
Vers 5
Want des HEEREN hand besluit
Enen kelk vol bitterheid,
In Zijn gramschap toebereid,
En Hij drenkt er 't mensdom uit;
Doch der goddelozen mond
Zuigt Zijn hef uit, tot den grond.
Vers 6
'k Zal dit melden, 'k zal altijd
Zingen Jacobs God ter eer,
Slaan der bozen hoornen neer,
Vellen wat Zijn naam bestrijdt;
Maar der vromen hoorn en macht
Zal verhoogd zijn door Gods kracht.
Psalm 75
Vers 1
Wij danken U, God en Heer,
Wij prijzen Uw werken al;
Want de roem Uwes Naams zal
Ons bij zijn langes zo meer,
En wij zullen zingen klaar
Uw daden zeer wonderbaar.
Vers 2
Als daar komt mijn tijd bekwaam,
Ik zal richten rechtelijk.
Dit aardrijk smelt ganselijk,
Met d' inwoners al te zaam.
Maar zijn pilaren niet klein,
Onderhoud ik vast allein.
Vers 3
Ik sprak de hovaardig' aan,
Die roemen zonder verstand;
Verheft U niet hier te land,
Wilt op Uw geweld niet staan;
Steekt Uwen hoorn onbeschaamd
Niet hoger op dan 't betaamt.
Vers 4
Oost noch west, noch ook dat noord,
En maken al t' zamen niet,
Dat de mens, alzo men ziet,
Wordt zo zeer getrokken voort;
Maar van God wordt verhoogd d' een,
En d' ander gemaakt zeer kleen.
Vers 5
In Gods handen is een kop,
Vol gemaakt met sterken wijn;
Hij zal daaruit schenken fijn
Zijn kind'ren; doch het grondsop
Zullen al de booz' onrein
T' zamen uitdrinken gemein.
Vers 6
Ik zal dan nog met gezang
Des Gods Jakobs werken schoon
Verbreiden met zoeten toon;
En der bozen hoorne krank
Breken; maar de vromen goed,
Worden geëerd in voorspoed.